De eerste uitgave van het striptijdschrift INKT verscheen in mei 1974, een project van de 14-jarige scholier Ubbo van der Veen en de even jonge Rob Dekker.

Ze noemden het heel professioneel het nulnummer en het geld voor de drukker hadden ze bij elkaar gekregen door aan stripwinkels advertenties aan te bieden. Zo kwamen ze ook bij stripwinkel DRUKWERK. We namen meteen enthousiast een advertentie van een hele pagina om het project te steunen. Twee jongelui van veertien die een stripblad beginnen waarin ze de nadruk willen leggen op undergroundstrips, dat verdiende steun. Meteen vanaf het begin was het blad erg Aloha- en Tante Leny-georienteerd, met medewerking van Joost Swarte, Aart Clerkx en in het daaropvolgende nummer (nummer 1) Evert Geradts, Piet Schreuders (als Espé), Olaf Stoop en Flip Fermin. Met informatie over buitenlandse strips zoals The Spirit, Nick Knatterton en tekenaar Carl Barks kreeg het blad een sympathiek onthaal. Iedereen wilde helpen. Stadsgenoten Bert Haagsman (maakte zelf al het blaadje de Kommikkrant), Phil van Tongeren (maakte zelf al De Topoloeng) en Joost Swarte (ontwierp het INKT-logo).

Aart Clerkx introdu- ceerde Ubbo in de Aloha-studio om daar het blad in elkaar te zetten en Piet Schreuders leerde hem daar de eerste beginselen van de lay-out en het maken van printjes.

Ubbo van Veen in de lay-out studio van Aloha

Ondanks de problemen om de deadlines te halen werd de ambitie er niet 

kleiner door. Ubbo durfde het aan om voor de tentoonstelling TANTE LENY EXPOSEERT in Rotterdam een speciale uitgave van Inkt te maken, een catalogus bij de tentoonstelling, in een oplage van 5000 exemplaren, gedeeltelijk in kleur, die gratis aan de bezoekers werd uitgedeeld.

Nu hadden er wel aardig wat stripwinkels een kleine advertentie geplaatst, maar aan het einde van de tentoonstelling moest Ubbo toch constateren dat de INKT-kas leeg was, terwijl de drukker nog betaald moest worden.

Samen met DRUKWERK werd een overlevingsplan gemaakt. De overgebleven 1500 exemplaren van de tentoonstellingscatalogus werden via DRUKWERK DISTRIBUTIE aan de stripwinkels ter verkoop aangeboden. Dat lukte, de drukkersrekening kon betaald worden, maar de kas bleef leeg. Gezien de nieuwe uitgeefplannen van DRUKWERK lag een verdere samenwerking voor de hand. Uitgeverij Drukwerk besloot INKT te gaan uitgeven, op A4-formaat en met een kleurenomslag. 

INKT werd op die manier, na FURORE en TANTE LENY PRESENTEERT, het derde tijdschrift in het fonds van de uitgeverij.
In feite bestond er tussen de drie bladen al een behoorlijke cross-over. Veel namen kwam je in twee of zelfs alle drie de bladen tegen als medewerker.
Vanaf nu waren ze ook onder-gebracht bij één uitgever. Aart Clerkx maakte daar deze strip over, die verscheen in INKT nummer 6.

Klik gerust op de afbeelding voor een groter formaat, en lees daarna verder over INKT 6 en 7